Waarom pilots
niets met experimenteren
te maken hebben

Laten we stoppen met iets een pilot te noemen als vooraf al is besloten wat het eindresultaat moet zijn, maar experimenteer vanuit nieuwsgierigheid.

Een van mijn favoriete columns staat op de laatste pagina van Volkskrant Magazine: Laat het stoppen.

Elke week schrijven vier columnisten afwisselend een stukje over iets wat moet ophouden. Bijvoorbeeld het uitbuiten van freelancers, de continue berichtenterreur op Slack, en het schrijven van ‘me huis’ in plaats van ‘mijn huis’.

Bij deze geheel ongevraagd mijn bijdrage: Laten we alsjeblieft stoppen met iets een pilot te noemen als vooraf al lang is besloten wat het eindresultaat moet zijn.

Het klinkt vaak mooi: we doen een pilot.

Het doet vermoeden dat alles nog open is. Het nog alle kanten op kan. Alsof het een experiment is om te ontdekken wat werkt. De praktijk vaak anders. Pilots zijn geen open experimenten vanuit nieuwsgierigheid. Meestal is door een taskforce in een stappenplan beschreven hoe het moet gaan. De pilot is bedoeld om dat te bewijzen, zodat alles daarna verder kan worden uitgerold binnen de organisatie.

Pilots zijn verpest door managers die leven in een wereld van interne memo's, excel bestanden en KPI's. Key Performance Indicatoren die alles meetbaar maken. Want, alles wat wordt gemeten kan worden gemanaged. Een nobel concept. Als je ten minste eerst hebt ontdekt wat werkt. Want als je dat weet, is het een uitstekend idee het resultaat meetbaar te maken en er vervolgens zoveel mogelijk van te doen. Hang er een KPI'tje aan en gaan. Maar dit is de crux: als je het nog niet weet, werkt doen alsof je het weet, averechts.

Stappenplannen werken dus als je de route weet. Meestal omdat je die eerder al hebt verkend (en een paar keer een verkeerde afslag hebt genomen). Is de route nog een raadsel, dan staan verzonnen stappenplannen misschien heel slim tijdens een vergadering van de expertgroep, maar werken ze als Google maps zonder GPS: voor geen meter. En voor je het weet ben je druk de werkelijkheid aan te passen aan het stappenplan en leef je in een omgekeerde wereld.

Nu is het makkelijk om te roepen wat er allemaal mis is. Maar klagen is alleen klagen als je negatieve feedback geeft, zonder de intentie iets aan de situatie te willen veranderen. En die intentie heb ik wel degelijk.

Het voorstel: experimenteer zoals het is bedoeld.

Vanuit een open en nieuwsgierige houding. Dit betekent ons ego aan de kant zetten als een complex vraagstuk zich aandient. Eerlijk toegeven dat we het nog niet weten, en tegelijk het vertrouwen uitspreken het gaandeweg uit te vogelen.

Want het meest effectieve om te doen, is juist datgene wat inefficiënt voelt: beginnen zonder alles te weten, want de manier om alles te weten te komen, is beginnen.

Gebruik de 3, 4 of 6 maanden waarin je normaal overlegt, plannen schrijft en met iedereen afstemt, voor een experiment. Of noem het wat mij betreft een pilot. Als het doel maar is om te ontdekken wát er werkt, in plaats van te bewijzen dát iets werkt. Niets is namelijk zo'n verspilling als iets doorduwen wat al lang is achterhaald.

Kortom, experimenteer.

Alleen zo laten we de stappenplannen die altijd anders lopen achter ons, om misschien eindelijk eens echte sprongen te maken.