Prestatie-inflatie
Ik schreef eerder een column in de categorie: Laat het stoppen. Bij deze de laatste. Misschien..
Ik krijg wel eens vragen over personal branding. Oftewel, hoe profileer je je op internet. Omdat ik verre van een expert ben, het schort nogal aan mijn online zichtbaarheid, ben ik terughoudend met tips.
Doe alleen één ding niet.
Vooropgesteld, dat we allemaal op een hoog niveau willen presteren, is een nobel streven.
Sommige willen dat alleen zo duidelijk maken, dat ze het in hun LinkedIn profiel zetten. En ook al omzeil ik de eindeloos scrollende tijdlijn door de netwerk-pagina in mijn favorietenbalk te zetten (dikke tip), stuit ik toch af en toe op zo’n ‘high performing professional’.
Ik lees op dit moment de boeken van Austin Kleon en ben het over functietitels totaal met hem eens:
“je functietitel is vooral voor anderen. Zeg gewoon wat je doet. Verder hoef je jezelf daar niet zo druk om te maken.”
In het geval van de HPP (zo korten ze zichzelf soms af), geldt dit niet. Die zijn er juist heel druk mee. Zo druk dat productiviteit verandert in altijd bezig. En voor creativiteit en nieuwsgierigheid geen tijd is. Want ja, leveren.
Met mensen die zeggen dat ze geweldig presteren, heb ik hetzelfde als met die zeggen ‘ik ga nu eerlijk met je zijn’ of ‘ik doe dit normaal gesproken nooit’. Door het te zeggen, roept het wantrouwen op, en spreekt het eigenlijk alleen nog maar tegen.
High performers hebben nog een probleem. Op de top van de rots is weinig plek. Gelukkig is hier een oplossing voor: Een cursus Elite high performance. Voor de duidelijkheid, die gaat verder waar de normale high performer stopt.
Kortom, twee mogelijkheden.
1) Of je doet er nóg een schepje bovenop en bent vanaf nu een Super Elite High Performance Professional.
2) Of je zegt gewoon wat je doet, en gaat net als de rest van ons, aan het werk.